Wat doe jij eigenlijk voor werk? De moeders die in deze rubriek aan het woord komen, werken in de meest uiteenlopende beroepen. Dit keer vertelt Elize over haar werk als behandelaar in de gespecialiseerde GGZ.

Over Elize

Ik ben Elize, net 35 geworden. Ik ben getrouwd en heb 2 kinderen van 5 en 8 jaar en ik werk als behandelaar in de specialistische GGZ, in een wijkteam. Daarnaast volg ik een opleiding en ga in mijn vrije tijd graag op reis of uitjes met mijn kinderen, vrienden of familie. Hier post ik over op Instagram en blog soms om over bepaalde dingen wat meer informatie te verstrekken. Hier komen mijn hobby’s fotograferen en nieuwe dingen ontdekken mooi samen.

Ik heb altijd in de zorg willen werken. Na een ‘vervroegde burnout’ op mijn zestiende en niet passende hulp, dacht ik: dat ga ik anders en beter doen.  Ik heb daarom HBO Social Work gedaan, destijds nog Maatschappelijk Werk en Dienstverlening. Ik heb stage gelopen in de jeugdbescherming en na mijn opleiding flexwerk gedaan bij diverse doelgroepen waaronder de gehandicaptenzorg en psychiatrie, op verschillende afdelingen om te ontdekken waar ik graag wilde gaan werken. Eerder was ik ervan overtuigd om met kinderen/jongeren te gaan werken, maar de psychiatrie heeft uiteindelijk mijn hart gestolen tijdens deze ontdekkingstocht. Psychiatrie heeft vaak een ‘schokkend’ beeld door de soms heftige berichten in de media, maar bijna de helft van de volwassenen heeft in zijn leven een of meerdere psychiatrische aandoeningen gehad (cijfers: Trimbos). Het kan iedereen overkomen; natuurlijk speelt erfelijkheid, leeftijd, belastbaarheid, drugsgebruik, meegemaakte ervaringen etc. allemaal een rol, maar IEDEREEN kan er mee te maken krijgen.

Werk je parttime of fulltime?

Ik werk fulltime op papier, maar ben een dag naar school. Ik werk dus 3 dagen (9u) als behandelaar en ga 1 dag naar school. Fulltime is bij ons 36 uur.

Je werkt als behandelaar in de GGZ. Kun je uitleggen wat je precies doet?

Ik werk in een wijkteam. Wat een luxepositie is in de zorg. Ik werk geen avonden, weekenden en feestdagen. Voor mij, naast dat ik dit de leukste afdeling vind, is dit ook een beetje praktisch, omdat mijn man bij de brandweer werkt. Twee onregelmatige banen en een gezin met jonge kinderen is niet ideaal.

In een (Fact) wijkteam werk je in een team met verschillende disciplines; artsen, psychologen, psychiaters, verpleegkundig specialisten, verpleegkundigen, ervaringsdeskundigen, maatschappelijk werkers etc. De samenstelling kan per team verschillen. Samen bied je herstelgerichte behandeling en begeleiding op verschillende leefgebieden aan patiënten/cliënten. Deze patiënten hebben een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) en lijden hier langer dan twee jaar aan, waardoor er vaak ook complexe maatschappelijke problemen ontstaan in hun werk, woonplek, relaties en financiën. 
De behandeling is dan ook op verschillende aspecten gericht.

We bezoeken mensen ook thuis als zij niet in staat zijn naar kantoor te komen (ongeveer 50%), overleggen dagelijks met collega’s over patiënten die extra zorg nodig hebben, hebben de mogelijkheid om zorg uit te breiden als dat nodig is, etc. Hierbij werken we ook samen met eventuele andere instanties, huisartsen, wooncorporaties, wijkagenten, dagbesteding, thuiszorg, woonbegeleiding, gemeente etc.

Als behandelaar heb je een eigen caseload (aantal patiënten) en daar draag je zorg voor. Wel heeft iedere patiënt twee behandelaars om eventueel af te wisselen bij ziekte of vakanties of als we mensen meerdere keren per week moeten zien. Je maakt samen met je patiënt een behandelplan, evalueert deze, behandelt en begeleidt hen met de veelal ernstige (sociaal)psychaitrische problemen, werk je outreachend en vertegenwoordig je jouw team in de wijk door de samenwerking met ketenpartners. Een regiebehandelaar, meestal een GZ-psycholoog, verpleegkundig specialist of psychiater heeft de eindregie.

Hoe ziet voor jou een normale werkdag eruit?

De dag begint met een ochtend/Factoverleg waarbij patiënten die een terugval hebben of extra ondersteuning nodig hebben besproken worden in het team die werkzaam is die dag. Daarna begint vaak je eigen agenda. Doordat we allemaal een eigen caseload hebben, maken we daar zelfstandig afspraken voor. Je hebt hier dus veel vrijheid in. Daarnaast zijn er overleggen met ketenpartners, familie, maar ook teamvergaderingen, intervisie, casuïstiekbesprekingen, factrondes (waarbij twee wisselende collega’s patiënten bezoeken vanuit het ochtendoverleg). Maar deze overleggen wisselen wekelijks. Gemiddeld zie ik zo’n 5 patiënten per dag. Soms komen ze naar kantoor, soms bezoek ik ze thuis of in de kliniek, afhankelijk van de situatie.

Elke afspraak is afwisselend als behandelaar in de GGZ

De behandelingen zijn verschillend, afhankelijk van de problematiek die er is, de situatie waarin iemand zich bevindt, andere betrokkenen. Zo kan je het ene moment te maken hebben met iemand die knalpsychotisch is en er van overtuigd is dat wij een chip in zijn lichaam gepland hebben en via zijn ogen met hem meekijken en hem in de gaten houden, door zijn problematiek in de schulden terecht is gekomen en zich ernstig isoleert, om vervolgens bij iemand langs te gaan die straatvrees heeft en trauma’s, of een afspraak te hebben met een moeder die ernstig depressief is geworden en moeite heeft om voor haar kinderen en zichzelf te zorgen of iemand die is teruggevallen in zijn verslaving en hierdoor allerlei problemen ondervindt, of iemand helpen om samen overzicht te creeren met een patiënt die autisme en ADHD heeft of een plan te maken hoe iemand met zijn dwanghandelingen om kan gaan en niet eerst 5 keer alle stekkers, ramen en deuren hoeft te controleren voordat hij het huis uitgaat, noem het maar op.

Psychische problemen en de daarbij eventuele de sociale problemen zijn zo breed en verschillend en zijn er in meerdere en mindere mate en/of combinaties. Daarbij hebben sommige cliënten medicatie die je in de gaten houdt op werking en bijwerkingen, hebben ze wel of geen sociaal netwerk, wel of geen dagbesteding, wel of geen financiële problemen. Het zijn allemaal zaken waar je ook wat mee moet/kan.

De meeste afspraken zijn zelfstandig. Ik ga alleen op huisbezoek, zie mensen alleen op de poli, etc. Tenzij het risicogesprekken zijn of het een multidisciplinair overleg is. We hebben namelijk voornamelijk vrijwillige zorg, maar soms is dit ook gedwongen, met een rechtelijke machtiging. Gesprekken kunnen hierdoor soms minder aangenaam zijn.

Heb je altijd al in de GGZ willen werken? Wat voor werk deed je hiervoor?

Na wat bijbaantjes bij de AH, werken op evenementen en promotiewerk tijdens de middelbare school en mijn studie heb ik een tijdje naast mijn opleiding Social Work in de kinderopvang gewerkt en ben ik in het laatste jaar van de opleiding begonnen met flexwerk in de zorg. 


Na mijn opleiding ben ik vrij snel in de GGZ gaan werken, als woonbegeleider. Ik hou van afwisseling en uitdagingen en heb dat nodig om mijn werk interessant te houden. Als ik niet geprikkeld word, ga ik me snel vervelen. In de GGZ kom je zoveel verschillende soorten problematiek tegen, geen dag is hetzelfde. Wel heb ik een tijdje op woonvormen gewerkt, maar heb ik op een gegeven moment de overstap naar ambulante woonbegeleiding gemaakt. Daar kwam ik andere problematiek tegen en nieuwe uitdagingen. Drie jaar geleden wilde ik na ruim 8 jaar woonbegeleiding verder leren. Ik heb toen de keuze gemaakt om meer richting de behandeling te gaan en heb daar geen spijt van gehad. De psychiatrische problematiek is wat heftiger, complexer en ik leer hier weer zoveel. Er is weer ruim voldoende uitdaging en mijn werkgever Parnassia biedt veel mogelijkheden om je verder te ontwikkelen wat voor mij ook een belangrijk punt is.

Wat vinden jouw vrienden en familie van jouw beroep?

Een aantal vriendinnen doen soortgelijk werk of hebben soortgelijk werk gedaan. Daar kan ik fijn mee sparren of soms anoniem een bepaalde casus delen. Sommigen vinden het ‘heftig’, ‘zwaar’ of ‘goed’. Het is denk ik iets wat je (net als bij andere beroepen) moet liggen. Je moet er een affiniteit mee hebben. Sommigen zeggen: ‘ik zou het echt niet kunnen’, maar andersom zou ik niet voor een klas met 30 kinderen kunnen/ willen staan of een hele dag op kantoor achter een computer. Iedereen heeft z’n interesses en kwaliteiten. Ik merk dat er veel onwetendheid is over psychiatrie in het algemeen. Er zijn veel vooroordelen, al is het stukken minder dan vroeger. Hierdoor hebben mensen soms een vertekend beeld van wat ik doe.

Hoe combineer je je werk met je gezin?

Doordat mijn man bij de brandweer werkt, kan hij niet thuisblijven als een van de kinderen ziek is, want dan gaat z’n hele ploeg uit dienst en moet er met moeite vervanging geregeld worden. Ziekte of een doktersafspraak van de kinderen of ze naar sport, zwemles, etc. brengen komt dus meestal op mij neer. Ik kan mijn agenda zelf inplannen. Ik werk vaste dagen en waar nodig kunnen we een flexibele gastouder inzetten en lieve ouders. Als het nood is, kan ik eventueel vanuit huis werken (niet ideaal) of een keer later beginnen of eerder stoppen en een andere dag langer doorgaan of een dag ruilen. Die vrijheid heb ik, zolang ik mijn uren draai, er een minimale bezetting is door het team en ik mijn ‘productie’ draai. Hierdoor is er met veel plannen een hoop te regelen en neemt mijn man de zorg voor de kinderen en hun sport op zich als hij vrij is, wat door de onregelmatigheid ook op doordeweekse dagen kan vallen. Op die dagen werk ik bijvoorbeeld dan weer wat langer door.

Wat vind je het leukste aan je werk?

Voor mij is dat de afwisseling. Ik vind de verschillende stoornissen heel interessant en fascinerend. Het is super afwisselend werk qua locaties (thuis, op kantoor, in woonvormen, klinieken), qua afspraken, qua patiënten, qua ziektebeelden en problematiek en mijn dag loopt nooit zoals gepland. Altijd komt er wel iets onverwachts tussendoor dus het is nooit saai! Daarnaast is het heel leuk om met verschillende disciplines in een team te werken, ieder met zijn eigen expertise.

En wat vind je minder leuk?

Soms zijn dingen aan het werk als behandelaar in de GGZ zijn wél heftig. Patiënten die 180 graden de andere kant op gaan ondanks alle goede bedoelingen of waarbij het echt slecht gaat en er door middel van een machtiging dwangzorg moet worden uitgevoerd. Of dat je zo je best doet maar voor van alles en nog wat uitgescholden wordt, dat er mensen zijn die je niet hebt kunnen helpen, suïcide plegen of schrijnende verhalen die je soms hoort van ervaringen die patiënten hebben meegemaakt. Ja, er zijn soms echt wel mindere kanten aan dit werk en je grenzen liggen over het algemeen veel verder dan in andere beroepen, maar je leert er ook mee omgaan.

Wat ik wel vervelend vind is de hoeveelheid administratie die er bij komt kijken. Het lijkt ook telkens meer te worden, alles moet driedubbel verantwoord en vastgelegd worden. Je rapporteert na je afspraak, je hebt een behandelplan die je maakt en telkens evalueert, ZRM, ZVT, ROM en andere lijsten die minimaal jaarlijks ingevuld moeten worden wánt je moet verantwoorden aan de gemeente, zorgverzekering en je eigen organisatie wat je doet én je wilt bijhouden of er een vooruitgang, achteruitgang of stabiliteit is bij je patiënt en dan heb ik het nog niet over al die formulieren als je iets wilt aanvragen. Sommige dingen snap ik, maar soms is het zo dubbel en naar mijn idee soms onnodig.
Dit hoor ik echter bij zoveel mensen die werkzaam zijn in de zorg terugkomen. Telkens wordt er belooft dat door déze nieuwe registratie je minder administratie krijgt, maar uiteindelijk is het wéér een lijst erbij.

Wat is een misvatting over jouw beroep of branche?

Dat mensen met een psychiatrische diagnose ‘gekkies’ zijn, niet sporen, je voor ze moet oppassen, ze gevaarlijk zijn, etc.

Ik schrik echt nog steeds als ik soms van mijn patiënten hoor over hoe er met ze omgegaan wordt, omdat ze een psychiatrische stempel hebben. Het komt regelmatig voor dat zodra er in het ziekenhuis of een bepaalde instantie gezien wordt dat iemand een psychiatrische diagnose heeft er anders met ze wordt omgegaan en de manier waarop is soms echt bizar (vind ik). Dat er bijvoorbeeld in het ziekenhuis bij de eerste hulp gezegd wordt dat iemand niet verdoofd wordt tijdens het hechten ‘want je wilde toch pijn voelen?’ en ‘je hebt het jezelf toch aangedaan’ als iemand zichzelf heeft gesneden, of ‘nu vast blij is, want ze heeft de aandacht waar ze om vroeg’ of dat er niet geluisterd wordt als iemand iets vertelt want ‘ze zal toch niet weten waar ze het over heeft, want ze heeft een psychiatrische diagnose’.

Behandel iemand zoals je zelf ook behandeld wilt worden

Ik vind het echt onbegrijpelijk en vraag me echt af waar je menselijkheid is?! Mensen met een psychiatrische diagnose kunnen ook jij en ik zijn. Misschien is het soms bij de ene meer merkbaar dan bij de ander, maar net als bovenaan vermeld: bijna de helft van de volwassenen krijgt in zijn of haar leven een of meerdere psychiatrische diagnoses.. De kans is groot dat jouw naaste familielid hier ook tussen zit, doe je dan ook zo?!
Ook is er een bepaald beeld dat het veelal armeren, laag opgeleidde mensen uit achterstandswijken betreft. Dit is deels waar, maar ik begeleid ook heel veel hoogopgeleide, ‘rijke’ mensen die in prachtige (grote) koophuizen wonen in ‘goede’ buurten.

Ik hoop echt dat het meer genormaliseerd wordt en er minder gestigmatiseerd wordt. Ik denk dat veel onbegrip ook echt een gebrek aan kennis is. Organisaties als Mind doen heel veel goed werk daarin en er zijn echt al veel mooie stappen gezet, maar we zijn er nog niet..

Als je iets heel anders zou mogen doen, welk beroep zou je dan kiezen?

Voor mij zijn uitdaging en afwisseling enorm belangrijk in werk en mensen helpen. Dus die aspecten zou ik denk ik altijd in mijn werk zoeken. Van mijn hobby’s mijn werk maken (fotograaf of iets met reizen) heb ik wel eens over nagedacht, maar ik denk dat ik die ‘prikkeling’ te veel zou missen. Fulltime reizen zou ik dan voor een paar jaar overigens wel geweldig vinden, maar financieel en met de kinderen (dan zou je home-scholing moeten doen) is dit geen optie. Het werken op een ambulance lijkt me in een ander leven bijvoorbeeld wel fantastisch.

Wat Elize graag ook nog wilde zeggen…

Nog twee dingen die ik je graag wil meegeven:

Balance is key, in elk opzicht. Zorg goed voor jezelf hierin.

Ik merk dat veel mensen werk doen, ‘omdat het moet’. Natuurlijk, ik werk ook, omdat we nou eenmaal rekeningen moeten betalen en veel dingen die je wil doen geld kosten. Maar al zou ik miljonair zijn, zou ik soortgelijk werk nog steeds als vrijwilligerswerk willen doen. Misschien dan alleen geen 36 uur ;). 

Je bent het grootste gedeelte van je week aan het werk. Zoek dus werk waar jij voldoening uit haalt, plezier in hebt. En niet een baan waar je elke dag met tegenzin naar toe gaat, ‘want er moet weer geld in het laatje komen’. Op den duur breekt dat je op.

Ik ben van mening dat je soms beter werk kan doen wat misschien wat minder oplevert in salaris, maar waar jij wel gelukkig van wordt dan dat je ergens zit waar je wel bakken met geld binnenharkt maar je elke dag diep ongelukkig bent.. (oké, in sommige situaties is dit misschien tijdelijk nodig, maar you get my point).

Als je vragen hebt, mag je die altijd stellen. Dat kan via het reactieformulier hieronder, of je kunt altijd een mailtje sturen naar Mamagisch, dan zorg ik (Kirsten) ervoor dat deze bij Elize terecht komen.

Vind je het leuk om ook over jouw beroep te vertellen? Je bent uiteraard van harte welkom. Stuur me een berichtje via het contactformulier!