Voordat iemand kan winnen, moet er ook een verliezer zijn. Zo simpel is het nu eenmaal bij eenwedstrijd of een spel. Maar hoe leer je kinderen een beetje sportief gedrag aan? Moet je kinderen altijd maar laten winnen om de goede lieve vrede te bewaren? Ik zocht het voor je uit!

Leuk een spelletje spelen, totdat…

In de voorjaarsvakantie was ik met mijn beide dochters in het spellencafé van de plaatselijke spellenwinkel te vinden. Met beiden speelde ik gezelschapsspelletjes maar ja, er kan er uiteindelijk maar één de winnaar zijn. Winnen er verliezen is een hot topic bij ons in huis. Voor Nova van 5 is op dit moment alles een wedstrijd en Pippa van 8 jaar haar kleine zusje natuurlijk niet zomaar winnen. Tijdens het spelen van de spelletjes werd maar weer eens pijnlijk duidelijk moet moeilijk kinderen het verliezen vinden. Boze blikken, chagerijnigheid en zelfs tranen passeerden de revue. Ik besprak dat later eens met mijn businessbuddy Martine, met wiens zoon ik een spelletje Ligretto speelde voorafgaand aan ons werkoverleg. Hoe pak je dat nou eigenlijk aan, dat leren verliezen? En ik ging op zoek naar het antwoord op de vraag: laat jij je kind altijd winnen bij het spelen van een spelletje?

Tegen je verlies kunnen moet je leren

Heel eerlijk, ik ben ook niet de beste verliezer. Ik leerde deze allercharmantste eigenschap al heel vroeg van mijn Oma van vaders’ kant. Zij vond het zelfs nodig om vals te spelen wanneer ze met twee 4 jarige kleuters een potje Mens-erger-je-niet speelde. Ik lieg niet. Mijn vader is ook geen haar beter en is echt een enorm slechte verliezer. Ik ben dus gewoon genetisch belast met een slechte eigenschap. Ik speel om te winnen. Ook als ik met mijn kinderen speel. Dat mondt dus nogal eens uit in een tranendal voor hen als mama een potje wint. En heus, ik win echt niet altijd, er is een groot verschil tussen winnen of compleet afmaken, maar je snapt het: in huize Mamagisch leren ze snel genoeg hoe het winnen en verliezen er aan toe gaat.

Brengt me gelijk op het resultaat van het verliezen: het tranendal. Met regelmaat heb ik een dochter die het niet tof vindt dat ze verloren heeft (dat is dus ook gewoon genetisch bepaald hè). Maar mijn boodschap is duidelijk: als je niet tegen je verlies kunt, spelen we voorlopig geen spelletjes meer. Zonder verliezer is er geen winnaar en het hoort er nu eenmaal bij. You win Some, you lose some.

De kracht van het leermoment

Als ouders willen we natuurlijk allemaal dat onze kinderen opgroeien tot veerkrachtige persoonlijkheden met een gezonde kijken op winnen en verliezen. Dat bereik je natuurlijk door je kind met ieder spelletjes memory compleet van tafel te vegen. Wat mij overigens niet eens lukt, want mijn kinderen zijn echt een kei in memory. Het is natuurlijk verleidelijk om je kind altijd maar te laten winnen en daarmee de goede sfeer te bewaken echter is het helemaal niet verkeerd om je kinderen met regelmaat kennis te laten maken met het fenomeen verliezen. Want echt, dat draagt iets bij aan hun persoonlijke ontwikkeling.

Het leven is nu eenmaal geen glitterpoepende eenhoornbubbel

De realiteit van het leven is dat een kind zal moeten leren omgaan met overwinningen maar zeker ook met teleurstelling. Het gaat nou eenmaal niet altijd precies zoals jij dat wilt. Om vaardigheden als veerkracht en doorzettingsvermogen te oefenen is het belangrijk om een kind dus ook regelmatig een verlies te laten ervaren. Natuurlijk wel in een veilige en ondersteunende omgeving (wat ik al zei: winnen maar niet compleet van tafel vegen). Bij het verliezen kun je als ouder natuurlijk altijd uitleggen hoe een kind het een volgende keer beter kan doen of welke dingen volgende keer anders moeten gebeuren om er wel met de winst vandoor te gaan.

Eigenlijk is het heel simpel: een kind dat al vroeg leert dat het leven bestaat uit winnen én verliezen is op latere leeftijd beter in staat om te gaan met stress, teleurstellingen en conflicten. Het heeft te maken met de emotionele ontwikkeling en de mogelijkheid om de eigen emoties te kunnen reguleren. Door je kinderen te laten confronteren met zowel succes als mislukking, help je hen om controle te krijgen over hun emoties en gedrag. Dit draagt bij aan de ontwikkeling van zelfbeheersing en het vermogen om constructief om te gaan met uitdagingen. Klinkt goed toch?

Wanneer laat je je kind wél winnen?

Er zijn natuurlijk genoeg momenten dat het misschien fijner is om je kind wel te laten winnen. Ik blijf maar even terugverwijzen naar het wel winnen, niet compleet van tafel vegen. Als je net al 5 potjes hebt gewonnen, is het misschien handig om het 6e potje nét even wat minder goed je best te doen, om het voor iedereen leuk te houden.

Spelletjes spelen met je kind is natuurlijk allereerst een leuke bezigheid en het kan ook echt een waardevol moment tussen jullie zijn. Een gezamelijke bezigheid, qualitytime, een moment waarop je wellicht ook een gesprekje kunt aanknopen over zaken die je normaal niet bespreekt enzovoorts. Het spelen van spelletjes leert je kind niet alleen winnen of verliezen maar juist ook inzicht, samenwerken en schoolse vaardigheden zoals rekenen (lees ook: Spellen om te oefenen met rekenen). Het is een moment waarop heel, veel te leren valt.

Zelf laat ik mijn kind niet zomaar winnen om het winnen. Ik probeer de situatie goed in te schatten en kijk vervolgens hoe ik mijn kind kan helpen of in de goede richting kan sturen. Een leuke spelervaring is als je beide spelers er lol in hebben gehad. Eerlijk spelen vind ik daarbij vooral heel belangrijk. Ik wil mijn kinderen namelijk ook graag leren dat valsspelen je nergens brengt.

Eerlijk een spel spelen als ouder met een (jong) kind

Hoe kun je er nu voor zorgen dat het verliezen niet steeds een drama is? En hoe zorg je ervoor dat het spelen van een spelletje voor jou als ouder ook nog steeds leuk en uitdagend blijft? Hieronder een paar tips:

  • Kies een spel waarin beide spelers gelijk zijn
    Zelfs met jonge kinderen zijn er genoeg leuke spellen die je kunt spelen waarin jij als ouder geen voordeel hebt van je kennis. Denk aan spellen als Bunny Hop, Ganzenbord of een ander spel waarin je gewoon geluk moet hebben.
  • Speel af en toe ook eens een spel waar je kind gewoon beter in is
    Ik ga al als voorbeeld Memory. Ik word finaal ingemaakt door ze, want met mijn mombrain lukt het me gewoon niet meer om te onthouden waar welk kaartje lag.
  • Kies niet een te moeilijk spel
    Hoe leuk het ook is om je kinderen wat ingewikkeldere spellen te leren, ze zijn vaak niet voor niets speelbaar vanaf een bepaalde leeftijd. Kolonisten van Catan is bijvoorbeeld in de basis helemaal geen moeilijk spel. Het is zelfs prima te leren aan mijn 8-jarige. Totdat ik er mijn strategische kijk op los laat en ze geen schijn van kans meer maakt. Niet echt leuk dus.
  • Maak het eerlijk
    Als het niveau tussen jou en je kind erg verschilt bij een spel, kun je het spel natuurlijk ook moeilijker maken voor jezelf. Neem de kinderversie van Ligretto of Dobble waarbij je simpelweg zo snel mogelijk de kaarten kwijt moet zien te raken. Bij Ligretto neem ik dat 2 sets kaarten en bij Dobble krijgen zij er bijvoorbeeld 15 en ik 30. Zo maken we de winkansen gelijk!
  • Maak duidelijke afspraken
    Bij ons thuis is de afspraak dat als je gaat zitten mokken omdat je verloren hebt, het spel direct wordt opgeruimd. Chagerijnig gedrag is namelijk voor niemand leuk. Maar hier van tevoren ook duidelijke afspraken over. Net als over de spelduur. 10 rondes Beverbende (waarbij ik ook altijd word ingemaakt door mijn oudste) is wellicht leuk voor de volwassenen maar kan soms echt te lang zijn voor een kind.

Hoe sta jij er tegenover? Laat jij je kind winnen om het winnen of speel je keihard? Heb je nog andere goede tips? Laat ze dan vooral achter in een reactie!

liefs Kirsten